Fijne tweede paasdag aan jullie allen!
«Meurs donc, tu renaîtras, l’ espérance en est sûre.» *
Pasen gaat om opnieuw geboren worden. Terwijl de lente de aarde wakker kust, zijn wij als mensen nu naar binnenshuis verbannen en dat voelt tegennatuurlijk. Maar het kan hoopgevend en verrijkend worden als we binnenshuis wat breder interpreteren: naar binnen in het huis van ons eigen lichaam en geest. Dat is niet altijd eenvoudig. Ik hou zelf een dagboek bij van deze periode, los van (maar ook niet helemaal) het oorlogsdagboek van mijn grootvader. De voorbije dagen had ik er niet ingeschreven. Het leven was weer even te onbezorgd en lui en het innerlijke glipte weg. Ik uitte gisterenavond nogal bot de ergernis over mensen die de maatregelen van distancing aan hun laars lappen. Ergernis komt altijd voort uit onmacht en onmacht is nu eenmaal iets waar je moeilijk met geweld wat kunt tegen beginnen. En zo werd ik afgelopen nacht opgejaagd door dromen en hoorde ik elk uur van de nacht slaan. Misschien had het geen rechtstreeks verband, maar dromen zijn vaak het zwerfvuil dat je overdag hebt laten liggen.
Vandaag besloot ik dan om de blik weer wat meer naar binnen te richten. Er is immers altijd hoop, espérance. Deze foto nam ik op de dag dat de lockdown begon, om me aan die hoop te herinneren. In de pot waarin al een tijdje een yucca stilaan doodging en uiteindelijk tot op de stam moest worden gesnoeid, was opeens een groene scheut opgedoken.
Om weer iets te laten groeien waar iets stierf, is soms gewoon wat water nodig. Het is een uitstekende tijd om onszelf eens uitgebreid te begieten.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
(*) «Val maar, gij rijst weer op ; die hoop staat vast.» is een versregel van de Franse dichter Leconte de Lisle uit 1862. Ik las hem uitgerekend gisteren, met Pasen, in de roman ‘Bloedgetuigen’ van Johan de Boose.