Je zou je kunnen inbeelden dat hij bij elke steek van de naald dacht aan iemand die hij heeft achtergelaten. Bij de eerste steek zijn moeder, dan zijn vader, zijn broers, zijn zussen, zijn vrienden…
Elke keer dat hij de naald met het garen door zijn lippen duwde, sloot hij een deel van zijn leven af. Zoals iemand die zijn kleren klaarlegt, het laatste stuk brood uit de kast opeet, een afscheidsbrief schrijft, de ramen en de gordijnen sluit, de deur achter zich dicht trekt, het strand op gaat in de richting van de zee en blijft stappen tot het water hem draagt, tot de golven hem tot zich nemen.
Hoe wanhopig moet iemand zijn dat hij niet alleen in hongerstaking gaat maar ook zijn mond dichtnaait?
En dan zijn er stemmen uit de grommelende onderbuik van de maatschappij die dit chantage noemen.
Ik ken geen enkel geval van chantage waar men zijn eigen leven tegenover zet.
Toegeven zou ‘de poorten openzetten’ zeggen diezelfde stemmen, het zou tot een vloedgolf van dezelfde gevallen leiden.
Werkelijk? Ik zie het al voor me: honderden die hun mond dichtnaaien. Een epidemie van met garen doorregen lippen. Ik denk het niet.
En dan nog. Dan nog heeft de maatschappij, hebben de machthebbers in die maatschappij, de keuze. Ze kunnen dit geval negeren, doen of hun neus bloedt, een mens zichzelf laten doodhongeren. Dat kunnen ze. Dan geven ze niet toe aan de ‘chantage’. Flink.
Eigenlijk is dit noch min noch meer het oude dilemma van de sheriff.
Even opfrissen: een sheriff heeft de keuze. Ofwel laat hij de volkswoede escaleren, wat een opschudding van de maatschappelijke orde betekent. Ofwel offert hij een onschuldige schooier op die zich toevallig in zijn cel bevindt, en brengt hij zo de samenleving weer tot rust. Er zijn twee benaderingen van dit dilemma. De liberale visie stelt dat de maatschappij ten allen prijze moet gevrijwaard worden, de ethische benadering is dat er altijd rechtvaardigheid moet zijn, ongeacht de gevolgen. Het is makkelijk te zien welke stelling de verantwoordelijken hier innemen.
Laat hem maar doodgaan. Of misschien nog erger: scheur wanneer de dood nabij is zijn mond met geweld open en duw er voedsel in, zodat ook zijn recht op sterven hem wordt ontnomen. De liberale maatschappij zegeviert: geen toegift aan chantage en geen dode.
Een dag later: de crisismanager voor asiel en migratie wordt ontslagen. De man die de kat de bel aanbond wordt aan de kant geschoven. Officieel omdat hij niet meer nodig is, in werkelijkheid omdat hij zijn falende meesteres onbekwaamheid heeft aangewreven. Je meerdere tegen de haren instrijken: ook dat is een gevaar voor het vlekkeloos instandhouden van de maatschappij. Van die crisimanager hoeft de garenman dus ook geen hulp meer te verwachten. Nog eens genaaid.
Rousseau wist het al: si le dégouté doit s’en aller, il n’y a que la dégoutante qui se plante.