Klokken

Gepost op: 15/03/12

En dan sta je daar die avond op een voetbalveld. Op een van de heuvelen van Gasthuisberg, pal op de grens van Heverlee en Leuven. Je staat daar omdat – tegengesteld aan elke redelijke verwachting – het leven blijkbaar doorgaat. Zeker het leven van de groep, groepen laten zich minder snel naar omstandigheden buigen. Je staat daar omdat je naar je handen gekeken hebt en gezien hebt dat ze nog altijd dezelfde zijn. Je bent je er meer en scherper van bewust, maar ze zijn nog altijd dezelfde. En dan sta je daar.

Boven de verste einder hokken Venus en Jupiter dicht bijeen, weermannen en astronomen wijzen er al dagen  op. Ze staan daar bij elkaar alsof ze dit etmaal onder hun beiden bekokstoofd hebben: een constellatie die rampen moet veroorzaken. Of fluisteren de godin van de liefde en de god van de hemel troostende woorden naar beneden? Ze staan schuin boven elkaar, wijzen als een pijl in de richting van de gegeselde planeet.
Het is een rommeltje op het veld, wie is er echt met zijn gedachten bij? Het spel wordt gespeeld, volwassenen die als kinderen iets uit hun hoofd wegwuiven door te spelen.

En dan, wanneer datgene wat voor een wedstrijd moet doorgaan al vergevorderd is, beginnen ergens klokken te luiden. Doodsklokken, stormklokken en feestklokken door elkaar, alsof het volop Pasen is. Het gebeier komt onverbiddelijk luid over het veld gerold, enkele heuvels verder moet op dat moment iets zijn einde gevonden hebben.

De klokken blijven luiden, blijven hun boodschap over de stad dragen. Een bal wordt het bos in getrapt, iemand gaat op zoek. Anderen staan plots stil, het hoofd gebogen. En daar overheen dat gebeier, almaar dat gebeier, het houdt aan, minuten- en minutenlang.

Het spel wordt hernomen. Er wordt af en toe wat geroepen. Is het beperkter dan anders of lijkt dat alleen maar zo? Boven de verste einder hurken Venus en Jupiter achter de boomtoppen.

Je kijkt naar je handen.

Almaar het gebeier.

(Van voetbalvelden worden de prachtigste foto’s genomen, van bomvolle stadions tot pleintjes aan de voet van kernkoeltorens. Maar op dit moment had geen beeld moeten gegrepen worden, maar een geluidsopname moeten gemaakt. Het zou indrukwekkender geklonken hebben dan tienduizend vuvuzela’s.)