Registreren

Gepost op: 06/06/11

Op een ochtend twee jaar geleden belde zijn moeder hem op. In alle vroegte. Hij reed naar het ouderlijke huis, de junizon begon de dag te warmen. In het huis zaten enkelen verzameld rond het bed, waarop helder licht viel. Hij deed telefoons, legde handen op schouders, rechtte ruggen.

Nadat de lijkzak het huis was uitgedragen nam hij de taak van de oudste op zich. Eerst ging hij naar de buren aan de rechterkant. Terwijl hij met gebogen schouders wachtte, sloeg de oude buurman de handen voor het hoofd en wendde zich af. Nadien ging hij naar de bejaarde weduwe aan de overkant. Hij trof haar in tranen aan en bleef een poos bij haar. Dan ging hij weer het huis binnen, met de vervulde plicht als schamele trots rond zijn verdriet gewikkeld.

Diezelfde avond liep hij door de stille uren met zijn moeder naast hem. Huis na huis lieten zij met aarzelende vingers een smetteloos witte enveloppe in de brievenbus zakken.